Afdelingen & Specialismen

De uroloog heeft met u gesproken over het doel van spoelingen van de blaas, de gevolgen en de risico’s ervan en over eventuele andere behandelingen. Om de spoelingen goed te laten verlopen, is uw medewerking van belang. Volgt u daarom de raadgevingen van de uroloog op en leest u de informatie in deze folder goed door. Omstandigheden kunnen voor wijzigingen zorgen. Deze zal de uroloog altijd met u bespreken.


Plaats

Deze behandeling vindt plaats op de onderstaande locaties van Alrijne Ziekenhuis.


  • Locatie Leiden: volg routenummer 25
  • Locatie Alphen aan den Rijn: volg routenummer 25
  • Locatie Leiderdorp: volg routenummer 8

Indicatie

De uroloog heeft bij u een of meer blaastumoren behandeld. Meestal heeft u daar een operatie voor gehad. Deze tumoren zijn een vorm van kanker en groeien niet in de spierlaag van de blaas. Deze tumoren hebben de eigenschap makkelijk terug te komen.
Alleen verwijderen of poliklinisch wegbranden van de tumoren is dan niet voldoende.
Blaasspoelingen maken de kans op het terugkomen kleiner.
Deze blaasspoelingen worden gegeven op de polikliniek Urologie.
Bij een blaasspoeling wordt er door een katheter (dun slangetje) een oplossing met bepaalde medicijnen in de blaas gebracht.

Blaasspoelingen

Voor blaasspoelingen zijn er verschillende medicijnen beschikbaar. Het ligt aan de soort kanker, de grootte van de tumor of hoeveel tumoren u had welk medicijn u krijgt. En in welk schema u de spoelingen krijgt. Dat kan een schema zijn van 1x per week of 1x per maand.
Grote onderzoeken zijn er gedaan om te weten welk medicijn bij welke tumorsoort het beste is.

De meest gebruikte geneesmiddelen zijn:
  • Immunotherapie (met het medicijn BCG = Bacillus Calmette-Guérin)
    Bij immunotherapie zorgen de medicijnen ervoor dat het lichaam zelf een verdediging maakt tegen de kankercellen. Hierdoor komen er minder snel nieuwe tumoren.
  • Chemotherapie (Mitomycine en Epirubicine)
    Bij chemotherapie zorgen de medicijnen ervoor dat de kankercellen minder makkelijk opnieuw in de blaas kunnen groeien.

Voorbereiding

U moet de spoeling 2 uur ophouden, wat betekent 2 uur niet plassen. Daarom de volgende adviezen:

  • Drink de avond vóór de afspraak van de blaasspoeling vanaf 20.00 uur op de avond zo min mogelijk.
  • Vanaf 4 uur vóór de blaasspoeling helemaal niets meer (of een paar slokjes) te drinken.
  • Als de spoeling in de middag is afgesproken staat, mag u in de ochtend wél drinken tot 4 uur vóór de afspraak.
  • U mag gewoon ontbijten.
  • Als u plasmedicatie gebruikt, neemt u deze medicatie pas ná het uitplassen van de spoeling in. Weet u niet zeker of u dergelijke medicatie gebruikt, neem dan vooraf contact op met de poli Urologie.
  • Plan niet teveel activiteiten op de dag van de spoeling.
Belangrijk!
  • Als u een paar dagen voor de afspraak van de blaasspoeling denkt dat u een blaasontsteking heeft, is het belangrijk dat u belt met de polikliniek Urologie. Als u een blaasontsteking heeft kan de spoeling niet door kan gaan. Om dit uit te zoeken moet uw plas worden nagekeken. In overleg met de uroloog wordt dan besloten of de blaasspoeling kan doorgaan of dat u eerst een antibioticabehandeling (medicijnen tegen een ontsteking door een bacterie) krijgt om de blaasontsteking te behandelen.

De behandeling

Bij elke afspraak vraagt de verpleegkundige u of u na de vorige blaasspoeling last heeft gehad van bijwerkingen. En of deze al weer over zijn. Dit wordt genoteerd in uw dossier. Als het nodig is wordt er overlegd met de uroloog of u de blaasspoeling mag krijgen.

De verpleegkundige brengt vervolgens een katheter(dun slangetje) in de blaas in via uw urinebuis. Dit kan een vervelend gevoel zijn. Dit dunne slangetje heeft aan de buitenkant een gladde laag, waardoor het inbrengen makkelijker gaat. Met dit slangetje leegt de verpleegkundige de blaas en kan de aanwezige plas worden opgevangen.
Als u langer dan 2 dagen last heeft gehad van bijwerkingen, zoals veel vaker plassen of pijn bij het plassen, wordt uw plas met een urinestickje gecontroleerd op aanwezigheid van bacteriën. Als deze aanwezig zijn, dan wordt de spoeling niet aan u gegeven, omdat meer bijwerkingen zou kunnen krijgen. Uw plas wordt op kweek gezet. Zo nodig volgt dan een antibioticabehandeling.

Is er geen ontsteking vastgesteld, dan wordt de blaasspoeling via het slangetje in de blaas gebracht. Daarna wordt het slangetje verwijderd.

De eerste 2 uur na de behandeling

Het medicijn in de spoeling moet 2 uur in uw blaas blijven zodat het goed kan inwerken op het blaasslijmvlies. U mag mag dan niet plassen of drinken. Tenzij u het niet meer kan ophouden! Daarom het advies om zo min mogelijk te drinken (zie ook het hoofdstuk Voorbereiding).

Tijdens de 2 uur van ophouden van de blaasspoeling is het de bedoeling dat u in beweging blijft. Zo kan de spoeling beter inwerken. Na 2 uur mag u de spoeling zelf uitplassen op het toilet (zie ook het hoofdstuk Na de behandeling, urine).

De eerste keer dat u de spoeling krijgt, blijft u de 2 uur van het ophouden in het ziekenhuis en plast u de spoeling op de polikliniek weer uit. Als dit goed gaat, kunt u de volgende keren naar huis zodra de spoeling is toegediend.

Bijwerkingen

Algemene bijwerkingen blaasspoelingen
Er zijn grote verschillen in hoe blaasspoelingen worden ervaren. Meestal zijn er geen of slechts milde bijwerkingen.
Als u bijwerkingen heeft, zijn dit meestal klachten aan uw blaas, zoals:
  • vaak het gevoel hebben om te plassen;
  • moeite met het ophouden van de plas;
  • pijnlijk of branderig gevoel in de blaas en plasbuis;
  • bloed of weefseldeeltjes in de plas.
Deze klachten zijn vaak na 2 dagen over. Door veel te drinken zullen deze klachten sneller verdwijnen.

Als u volgens uzelf of volgens de uroloog te veel last heeft van bijwerkingen, dan wordt de behandeling gestopt of uitgesteld.
De uroloog zal samen met u zoeken naar een andere behandeling.

Bijwerkingen immunotherapie (BCG)

Bijwerkingen van de immunotherapie kunnen zijn:
  • De dag van de spoeling en de dag erna kunt u zich een beetje grieperig voelen (verhoging tot 38,5 °C, spierpijn, zich niet lekker voelen). U kunt hiervoor het beste paracetamol innemen. Deze reacties betekenen dat de verdediging in uw lichaam op gang gekomen is. Dit duurt meestal 24-48 uur.

Bijwerkingen chemotherapie

De medicijnen die in de blaas worden ingebracht, komen niet in het bloed terecht.
Deze vorm van chemotherapie heeft dus in principe geen invloed op de rest van het lichaam.
Bijwerkingen van de chemotherapie kunnen zijn:
  • Bij 10-20 % van de patiënten heeft klachten van vaak moeten plassen, gevoelig bij het plassen.
  • Bij spoeling met Mitomycine krijgt 10% van de patiënten huiduitslag.
In de meeste gevallen kunnen deze klachten met andere medicijnen worden behandeld.

Na de behandeling

Drinken

Drink na het uitplassen van de spoeling de eerste 48 uur ten minste 6-8 glazen water, thee, limonade of koffie (niet meer dan 2 glazen) om klachten te voorkomen. Door meer te drinken zal de irritatie van de blaas verminderen.

Koorts

Heeft u twee of meer dagen na het toedienen van de spoeling koorts, boven de 38,5 °C? Neem dan contact op met de polikliniek.

Urine

De urine moet gedurende 2 dagen na het krijgen van de spoeling als 'besmet’ worden beschouwd. Daarom zijn er in die periode regels voor het gebruik en schoonhouden van het toilet en omgeving:
  • Na de spoeling is het belangrijk dat u het toilet nadat u heeft geplast, 2 keer goed doorspoelt met de deksel op de toiletpot.
  • Was na toiletgebruik uw handen met zeep.
  • Ons advies is om gedurende 2 dagen na de blaasspoeling zittend op het toilet te plassen, om spatten in de buurt van het toilet te voorkomen.
  • Als u urine morst buiten het toilet, dient u de omgeving (toiletpot, vloer, muren etc.) goed te schoon te maken om andere mensen in uw omgeving niet in contact te laten komen met de vloeistof. Dit schoonmaken kunt u het best doen met een pH-neutrale zeep, zoals bijvoorbeeld groene zeep (denk hierbij aan de merken Driehoek, Tricel, Dylon en Sunlight).
  • Na een BCG spoeling dient u het toilet minimaal 1 keer per dag schoon te maken met chloor. Doe dit 2 dagen lang!
  • Na een chemospoeling dient u het toilet minimaal 1 keer per dag schoon te maken met een pH-neutrale zeep zoals groene zeep. Doe dit 2 dagen lang!

Huidcontact

Als na de spoeling de huid in contact komt met de urine moet u:
  • in het geval van de BCG-spoeling de huid afspoelen met kraanwater en daarna schoonmaken met een alcoholoplossing.
  • in het geval van de chemospoelingen de huid afspoelen met kraanwater.

Kleding

Besmette kleding en ondergoed kunnen gewoon in de was.

Bescherming partner bij seks

Het hebben van seks na de spoeling wordt op de dag zelf en de dag erna sterk afgeraden.
  • Bij de BCG spoeling moet u een week lang bij de seks een condoom gebruiken.
  • In geval van de chemospoelingen gebruikt u 2 dagen een condoom.

Controle

Ondanks de behandeling met spoelingen kunnen er nieuwe blaastumoren worden gevormd. De uroloog zal de eerste jaren na uw operatie regelmatig uw blaas onderzoeken door middel van een blaasonderzoek (zie de folder Blaasonderzoek) om te zien of er nieuwe tumoren zijn. Daarnaast wordt uw urine gecontroleerd op blaasontsteking en zonodig op blaastumorcellen.
Zo nodig laat de uroloog ook een echo of CT-scan van uw nieren en/of urinewegen maken. De afspraken voor deze onderzoeken maakt de polikliniekassistent met u.

Meer informatie

Algemene informatie over blaaskanker vindt u op de volgende websites:

Tot slot

Wat neemt u mee?
  • uw (geldige) identiteitsbewijs (paspoort, ID-kaart, rijbewijs);
  • uw zorgverzekeringspas;
  • uw medicatie-overzicht. Dat is een lijst met de medicijnen die u nu gebruikt. U haalt deze lijst bij uw apotheek.
Heeft u een andere zorgverzekering of een andere huisarts? Of bent u verhuisd? Geef dit dan door. Dat kan bij de registratiebalie in de hal van het ziekenhuis.
Zorgt u ervoor dat u op tijd bent voor uw afspraak? Kunt u onverwacht niet komen? Geeft u dit dan zo snel mogelijk aan ons door. Dan maken we een nieuwe afspraak met u.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Urologie.

De polikliniek Urologie (alle locaties) is op werkdagen tussen 08.30 - 12.00 uur en tussen 13.30 - 15.30 uur te bereiken via telefoonnummer 071 582 8060.

Buiten deze uren en dagen wordt u automatisch doorverbonden met het antwoordapparaat. Dan hoort u hoe u de uroloog bij spoedgevallen kunt bereiken.

De verpleegafdeling Urologie van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is te bereiken via 071 582 9019.