Afdelingen & Specialismen

De uroloog heeft met u gesproken over het uitvoeren van een Sachse of Otis operatie, de gevolgen, de mogelijkheden en de risico’s. Naar aanleiding van deze informatie heeft u besloten de ingreep te laten uitvoeren. In deze folder vindt u informatie over de ingreep. Om deze ingreep goed te laten verlopen, is uw medewerking nodig. Volg daarom de adviezen van de uroloog op en lees deze informatie goed door. Het is goed u te realiseren dat bij het vaststellen van een aandoening en de behandeling hiervan, de situatie voor iedereen anders kan zijn. De uroloog zal dit altijd met u bespreken.


Locatie

Deze operatie vindt plaats in Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp.



Indicatie

De uroloog heeft bij u een vernauwing van de plasbuis (urethrastrictuur) geconstateerd.


Deze vernauwing kan verschillende oorzaken hebben:


  • u kunt lichamelijk aanleg voor een vernauwing hebben;
  • uw plasbuis kan beschadigd zijn bij een ongeluk;
  • uw plasbuis kan ontstoken zijn geweest;
  • als gevolg van het inbrengen van een katheter;
  • na een eerdere urologische ingreep via de plasbuis.
Door bovenstaande oorzaken kan er littekenweefsel in de plasbuis zijn ontstaan. Hierdoor is de doorgang vernauwd.
De vernauwing moet opgeheven worden, zodat u weer normaal kunt plassen. Om dit te bereiken snijdt de uroloog het littekenweefsel in. Dit kan de uroloog op twee manieren doen:
  1. Met een zogenaamde Sachse operatie. Bij deze operatie gebruikt de uroloog een kijkinstrument om te zien waar hij het weefsel insnijdt. Deze manier wordt gebruikt als de vernauwing diep in uw plasbuis, vlakbij uw prostaat zit.
  2. Met een zogenaamde Otis operatie. Bij deze operatie snijdt de uroloog het weefsel ‘blind’ in. Deze manier wordt gebruikt als de vernauwing aan het begin of in het midden van de plasbuis zit.

Voorbereiding op de opname

U wordt aangemeld bij het Opnamebureau. Dit bureau regelt alles voor uw opname in het ziekenhuis. U krijgt een afspraak voor het preoperatief spreekuur (POS) en het verpleegkundig spreekuur.

Preoperatief spreekuur
Tijdens deze afspraak worden alle gegevens verzameld. Ook worden de operatie en verdovingsvorm met u besproken. Om u goed voor te bereiden op deze afspraak krijgt u een vragenlijst. Wij vragen u deze alvast in te vullen en mee te nemen naar uw afspraak.

Bloedverdunnende medicijnen
Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u voor de operatie hiermee stoppen. U hoort dit van de anesthesist.
Verpleegkundig spreekuur
U wordt opgeroepen voor het verpleegkundig spreekuur. De verpleegkundige vertelt u wat er tijdens uw opname op de verpleegafdeling gaat gebeuren. Hij/zij gebruikt hierbij de vragenlijst die u van tevoren thuis heeft ingevuld.

Operatiedatum
U ontvangt per post een brief met de operatiedatum. Een werkdag van tevoren belt u het telefoonnummer uit de begeleidende brief. Dan hoort u op welk tijdstip u in het ziekenhuis wordt verwacht en op welke afdeling.
U wordt ongeveer 1 nacht in het ziekenhuis opgenomen. Hoe snel u weer naar huis mag, hangt af van het verloop van de operatie en uw herstel.

Wat neemt u mee als u wordt opgenomen

  • uw geldig legitimatiebewijs (identiteitskaart, paspoort of rijbewijs);
  • uw geldige zorgpas van uw zorgverzekeraar;
  • de medicijnen die u gebruikt, ook homeopathische, in de originele verpakking en uw actuele medicatieoverzicht (dit kunt u opvragen bij uw apotheek);
  • dieetvoorschriften of voedingsvoorschriften (meld het ook als u in verband met uw geloof of levensovertuiging bepaalde voedingsmiddelen niet mag gebruiken);
  • nachtkleding;
  • ondergoed;
  • kamerjas of badjas en pantoffels;
  • toiletartikelen;
  • dagelijkse kleding (als u voor langere tijd wordt opgenomen);
  • als u lenzen draagt kunt u een bril meenemen voor het geval u uw lenzen tijdelijk niet kunt dragen.
Verder kan het prettig zijn om bij u te hebben:
  • boeken, tijdschriften;
  • mobiele telefoon en oplader;
  • puzzelboekjes, spelcomputer, mp3-speler of ander tijdverdrijf;
  • zo nodig een leesbril.

De operatie

De operatie vindt meestal plaats onder regionale verdoving (ruggenprik). U bent dan wel bij bewustzijn, maar u voelt geen pijn. Een algehele verdoving (narcose) is ook mogelijk. De anesthesioloog bespreekt met u voor welke verdovingstechniek wordt gekozen.

Nadat u bent verdoofd, brengt de uroloog via de plasbuis een kijkinstrument in. Dit is een hol buisje waardoor instrumenten kunnen worden ingebracht. Het kijkinstrument wordt ingebracht tot aan de vernauwing, deze houdt de plasbuis open voor zover dat mogelijk is. Met een verschuifbaar mesje (urethrotoom) wordt de vernauwing ingesneden en de vernauwing opgeheven. Om de plasbuis open te houden na de operatie, krijgt u tijdelijk een katheter. Na de operatie plast u dus door de katheter.

Duur van de operatie

De ingreep duurt 15 tot 30 minuten.

Na de operatie

Na de operatie vertelt de uroloog aan u of uw contactpersoon hoe de operatie is gegaan.
Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Als het goed gaat met u, gaat u terug naar de afdeling.

Na de operatie heeft u
  • een infuus in de arm, voor het toedienen van vocht;
  • een blaaskatheter.
Meestal wordt binnen een dag na de operatie de katheter verwijderd en kunt u, nadat u geplast heeft, naar huis. Soms is het verstandig de katheter langer te laten zitten en gaat u met de katheter naar huis.
Het is belangrijk dat u thuis veel drinkt, ongeveer anderhalf tot twee liter per dag.

Risico’s en complicaties

  • Bloeden: tijdens de eerste nachten kunt u bij een erectie een bloeding krijgen, dit bloeden gaat vanzelf weer over. U kunt dan met een schone zakdoek de bloeding wat dichtdrukken.
  • Littekenweefsel: door de operatie kan nieuw littekenweefsel ontstaan. Uw plasbuis kan hierdoor opnieuw vernauwen. Als na de operatie de urinestraal weer minder krachtig wordt, raden wij u aan om contact op te nemen met de polikliniek Urologie.
  • Urineweginfectie: dit kan ook een nog een aantal weken na de operatie ontstaan.
  • Zelfkatheterisatie; afhankelijk van het verloop van de operatie of het terugkeren van de vernauwing, bespreekt de uroloog met u de noodzaak van het zelf open houden van de plasbuis door middel van (zelf)katheterisatie.

Weer naar huis

Heeft u voor uw opname bloedverdunnende medicijnen gebruikt, dan hoort u bij ontslag wanneer u hiermee weer kunt starten.

Als u met de katheter naar huis bent gegaan, krijgt u verdere instructies voor de verzorging van de katheter. Daarnaast wordt dan met u afgesproken hoe lang de katheter blijft zitten en wanneer de katheter wordt verwijderd.

U krijgt een afspraak mee voor een poliklinische controle. Dit gebeurt zes weken na de opname met flowmetrie. Voor meer informatie zie Alrijne folder Flowmetrie.

Adviezen voor thuis

Inspanning/lichamelijk werk/sport
  • De eerste 10 dagen moet u het rustig aan doen.
  • Til geen zware dingen (meer dan 10 kg) en doe geen zware werkzaamheden.
  • In overleg met de uroloog kunt u weer gaan sporten.

Contact opnemen met het ziekenhuis

In de volgende situaties neemt u contact op met het ziekenhuis:
  • als u helemaal niet meer kunt plassen;
  • als u koorts heeft, boven de 38.5 C.
Op werkdagen kunt u tussen 08.00 - 17.00 uur bellen met de polikliniek Urologie:
  • Alrijne Ziekenhuis Leiden: telefoonnummer 071 517 8244
  • Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp: telefoonnummer 071 582 8060.
In de avond en tijdens het weekend kunt u contact opnemen met verpleegafdeling B2 – Urologie:
telefoonnummer 071 582 9019.

Tot slot

Deze folder is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw uroloog. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, of wilt u meer informatie, dan kunt u altijd contact opnemen met de polikliniek Urologie. Het kan handig zijn uw vragen van tevoren op te schrijven. Alrijne Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Het is mogelijk dat een gesprek, onderzoek of behandeling (gedeeltelijk) wordt gedaan door een uroloog in opleiding, een basisarts of een arts in opleiding.

Denkt u eraan bij ieder bezoek aan het ziekenhuis een geldig legitimatiebewijs (paspoort, identiteitsbewijs, rijbewijs) en uw zorgverzekeringpas mee te nemen. Zijn uw gegevens (verzekering, huisarts, etc.) gewijzigd, meldt u dit dan bij de Patiëntenregistratie in de hal van het ziekenhuis. Wij stellen het op prijs als u zich tijdig meldt voor de afspraak.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Urologie.

De polikliniek Urologie Alrijne Ziekenhuis Leiden is op werkdagen tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via nummer 071 517 8244.

De polikliniek Urologie in Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is op werkdagen tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via nummer 071 582 8060.

De polikliniek Urologie in Alrijne Ziekenhuis Alphen aan den Rijn is op dagen dat wij spreekuur hebben tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via 0172 467 060.

Buiten deze uren en dagen wordt u automatisch doorverbonden met de locatie Leiderdorp of met het antwoordapparaat, waarop wordt verteld hoe u de uroloog bij spoedgevallen kunt bereiken.

De verpleegafdeling Urologie van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is te bereiken via 071 582 9019.