U wordt binnenkort geopereerd in Alrijne Ziekenhuis. Het is belangrijk dat u na de operatie zo min mogelijk last heeft van pijn. Als u tijdens de eerste dagen na uw operatie (postoperatief) een goede pijnbehandeling krijgt, dan herstelt u beter. Met deze folder informeren wij u over pijnbestrijding in ons ziekenhuis.

Het belang van een goede pijnbestrijding na de operatie

Doordat u pijn ervaart, kunt u na de operatie niet goed doorademen, hoesten en bewegen. Dit komt uw genezing niet ten goede, reden waarom het erg belangrijk is om na de operatie geen of alleen draaglijke pijn te hebben. Wij streven er daarom naar om u, met een goede pijnbestrijding, constant vrijwel pijnvrij te houden, zonder pieken en dalen. Vaak wordt al vóór de operatie gestart met het innemen van pijnmedicatie op vaste tijden, met als doel een basis te leggen voor de periode na de operatie.

Beleving van pijn

Pijn is een ingewikkeld verschijnsel dat moeilijk te meten is. Pijn is een persoonlijke ervaring: ieder mens ervaart pijn op een andere manier. U bent de enige die ons kan vertellen of u pijn heeft en hoe erg die pijn is. Het is vaak moeilijk om aan anderen duidelijk te maken hoeveel pijn u heeft. Pijnregistratie Er bestaat niet een objectief meetinstrument voor pijn, zoals een thermometer voor temperatuur. Daarom is de Visuele Analoge Schaal (VAS) ontwikkeld. Dit is een meetlat waarop u kunt aangeven hoe u de pijn op dat moment ervaart (zie de afbeelding). De mate waarin u de pijn ervaart kan variëren van ‘geen pijn’ tot ‘de ergst denkbare pijn’. Op de voorzijde van de meetlat kunt u, door de streep te verschuiven, aangeven hoeveel pijn u heeft. Als u de streep helemaal links plaatst, dan betekent dit dat u geen pijn heeft. Rechts betekent dat u op dat moment de ergste pijn die u zich kunt voorstellen, ervaart. Op de achterkant kunt u aflezen welk cijfer overeenkomt met wat u heeft aangegeven, van 1 tot 10.

De visuele analoge schaal (VAS)

Visuele analoge schaal

Voorzijde - achterzijde Het gaat om de pijn die ú op dat moment ervaart, het is úw persoonlijke beleving. Laat u niet afleiden door wat andere patiënten aangeven bij dezelfde operatie. Bij het aangeven van de pijn kan het helpen om te denken aan pijn die u wellicht in het verleden heeft ervaren. U kunt die pijn vergelijken met de pijn die u op dit moment heeft.

Pijnmeting na de operatie

Na de operatie wordt in het ziekenhuis de pijn op vaste momenten gemeten. Op de uitslaapkamer start men de eerste meting door gebruik te maken van de VAS-meetlat. Terug op de afdeling wordt op vaste tijden uw pijnscore gemeten: direct bij aankomst op de afdeling na de operatie en op de volgende vaste tijden, namelijk om 06.00, 12.00, 18.00 en 00.00 uur, zo nodig vaker. Het cijfer wordt genoteerd. Op die manier is zichtbaar of u meer of minder pijn ervaart. De pijnstilling kan dan zo nodig aangepast worden.

Heeft u pijn? Vertel het ons, ook tussendoor!

Het is belangrijk dat u aan de verpleegkundige laat weten hoe het met de pijn is en of de pijnstillers goed werken. Het doel is dat de pijn u zo min mogelijk belemmert bij het ademen, hoesten en bewegen. Aarzelt u daarom niet om het aan de verpleegkundige te vertellen wanneer u (meer) pijn heeft, ook tussen de pijnmeetmomenten in. De pijnmedicatie kan dan, als het nodig is, op tijd aangepast worden. Hoe langer u wacht met het melden van de pijn, hoe moeilijker de pijn te bestrijden is.

Acute Pijn Service (APS)

Binnen Alrijne Ziekenhuis is een gespecialiseerd team beschikbaar dat zeer ervaren is met postoperatieve pijnbestrijding. Dit team bestaat uit pijnconsulenten en anesthesiologen. Een pijnconsulent is een anesthesiemedewerker die gespecialiseerd is in de postoperatieve pijnbestrijding. Blijkt de pijnmedicatie die u op vaste tijden krijgt én de extra medicatie die u na de operatie heeft gekregen niet voldoende te zijn om de pijn te onderdrukken, dan kan de verpleegkundige op de afdeling aan de hand van het zogenaamde postoperatieve pijnprotocol (van tevoren opgestelde werkafspraken) de pijnmedicatie aanpassen en verbeteren. Vaak is dit afhankelijk van de aard van operatie. Indien nodig overlegt de verpleegkundige met de in ons ziekenhuis aanwezige pijnconsulent. Dit kan telefonisch zijn maar de pijnconsulent kan ook langskomen op de afdeling. Eventuele extra voorgeschreven pijnmedicatie krijgt u aanvullend op de pijnmedicatie die wij u op vaste tijden geven. Extra pijnmedicatie kan op verschillende manieren en met verschillende medicamenten worden gegeven, te weten:

  • Via een injectie: U krijgt een injectie met een pijnstillend middel (dipidolor) in de spier van het bovenbeen of in een bloedvat. Uw arts bepaalt op basis van uw pijnscore (de VAS) of u de injectie krijgt.

  • Toediening van pijnstillende medicatie via een PCA-pomp: Pijnbestrijding via het zogenaamde PCA systeem. PCA staat voor Patiënt Controlled Analgesia wat betekent: ‘patiëntgeregelde pijnstilling’. Vlak voor de operatie krijgt u een infuus in de arm waarop een infuuspomp wordt aangesloten. Het spuitje in de pomp is gevuld met pijnstillende medicatie. Aan de infuuspomp zit een kabeltje met aan het eind een toedieningsknop. Na de operatie kunt u met de toedieningsknop van de pomp zélf pijnstilling toedienen op het moment dat u de pijn voelt opkomen. De infuuspomp wordt door de anesthesioloog op de uitslaapkamer zo ingesteld dat u nooit te veel pijnstillers kunt krijgen.

  • Via een epiduraal katheter: Deze extra pijnbestrijding gaat via een slangetje in de rug. Het slangetje wordt door een anesthesioloog bij u ingebracht en aangesloten op een pomp met pijnstillende medicatie. De dosering wordt door de anesthesioloog afgesproken, op geleide van uw pijnscore.

NB. Laat het ons van tevoren weten als u allergisch of overgevoelig bent voor bepaalde medicijnen.

Andere manieren van pijnbestrijding

Wanneer de gebruikelijke pijnbestrijding niet toereikend is, zijn naast het geven van pijnmedicatie ook andere behandelingen mogelijk die uw pijn kunnen verlichten, bijvoorbeeld afleiding zoeken of ontspanningstechnieken. Eventueel kan deskundige hulp ingeroepen worden van een fysiotherapeut.

Tot slot

Denkt u eraan bij ieder bezoek aan het ziekenhuis een geldig legitimatiebewijs (paspoort, identiteitsbewijs, rijbewijs) en uw zorgverzekeringpas mee te nemen. Zijn uw gegevens (verzekering, huisarts, etc.) gewijzigd, meldt u dit dan bij de Patiëntenregistratie in de hal op de begane grond van het ziekenhuis.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Anesthesie. De polikliniek Anesthesie van Alrijne Ziekenhuis bevindt zich in locatie Leiden. De polikliniek heeft routenummer 64 en is van maandag tot en met vrijdag telefonisch te bereiken via 071 517 8370, van 08.30 tot 16.30 uur.