Afdelingen & Specialismen

De uroloog heeft met u gesproken over het verwijderen van een van de zaadballen uit de balzak.U heeft mogelijk een zaadbaltumor. Hierbij zijn ook de gevolgen, de mogelijkheden, de operatie en de risico’s met u besproken. Ook is u verteld dat deze operatie het begin is van de behandeling. Na de operatie wordt de zaadbal onderzocht: weefselonderzoek en laboratorium- en radiologisch onderzoek. Naar aanleiding van de uitslagen, vindt verdere behandeling plaats.


Locatie

Deze operatie vindt plaats in Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp.



Zaadbalkanker

In Nederland wordt per jaar bij ongeveer 700 mannen zaadbalkanker ontdekt. Het gaat vooral om jongere mannen tussen de 15 en de 45 jaar. Het is bij deze groep de meest voorkomende vorm van kanker. Bij zaadbalkanker ontstaat in 95% van de gevallen de kanker in de cellen die het zaad aanmaken (kiemcellen). Daarom wordt het ook wel een kiemceltumor genoemd.



Er zijn drie typen zaadbalkanker: een zogenoemd type seminoom of non-seminoom of een combinatie van beide. Het grote verschil tussen deze typen is het soort cellen waaruit ze ontstaan.



Verwijderen van de zaadbal

Als de uroloog denkt aan zaadbalkanker, is het belangrijk om de zaadbal binnen enkele dagen te verwijderen.


Dit om twee redenen:


  • Zaadbalkanker kan een zeer snel groeiende vorm van kanker zijn.
  • De diagnose is pas voor 100 % zeker als het weefsel is onderzocht. Dan weet men ook om welke vorm van zaadbalkanker het gaat.

Voorbereiding op de opname

Anesthesie

Voordat de operatie plaatsvindt, heeft u een afspraak met de anesthesioloog. Soms is dat op dezelfde dag dat de operatie plaatsvind. Deze bespreekt dan de verdoving met u. Het kan zijn dat deze afspraak op dezelfde dag plaatsvindt als de operatie.

Bloedonderzoek

Voor de operatie wordt er bloed geprikt bij het laboratorium. In het bloed wordt gekeken naar zogenaamde tumormarkers. Als deze verhoogd zijn, is er meestal sprake van zaadbalkanker.

Verder radiologisch onderzoek

Meestal is er al een echografie van de balzak en de buik gemaakt. Naar aanleiding hiervan denken de artsen aan zaadbalkanker en bent u doorverwezen naar de uroloog.
Voor of na de operatie vindt ook een CT scan van de buik en de longen plaats. Dit onderzoek wordt gedaan om eventuele uitzaaiingen op te sporen.

Kinderwens

Er kan nabehandeling nodig zijn met chemotherapie. Daarom is met u de mogelijkheid besproken om zaad in te vriezen. Door de chemotherapie neemt de kwaliteit van het zaad af. Het invriezen van het zaad gebeurt op de polikliniek Gynaecologie en fertiliteit van het LUMC (H 3-P) of bij Medisch Centrum Kinderwens in Leiderdorp. De (oncologie)verpleegkundige regelt een afspraak voor u.
Het zaad wordt ook beoordeelt op de kwaliteit.

In een zeldzame situatie kan het zijn dat de kwaliteit van het zaad zeer slecht is. Er zal dan een ander traject volgen.

Prothese

De uroloog of de verpleegkundige bespreekt met u de mogelijkheid tot het plaatsen van een zaadbalprothese. Deze is gemaakt van siliconen. Het plaatsen kan dan tijdens de operatie gebeuren, via de gemaakte snede in de lies. Maar ook later is een optie
Het plaatsen van een prothese heeft geen verdere consequenties op het herstel na de operatie.

De operatie

De operatie kan onder algehele verdoving of met een ruggenprik plaatsvinden.
Bij een algehele verdoving bent u tijdens de operatie buiten bewustzijn, in slaap. U merkt dus helemaal niets van de operatie.
Bij een zogenoemde regionale verdoving krijgt u een ruggenprik (ook wel spinaal anesthesie genoemd). U bent dan wel bij bewustzijn, maar u voelt geen pijn.

Nadat u verdoofd bent, maakt de uroloog een snede in de lies. Via deze snede wordt de zaadbal, inclusief de bijbal en zaadstreng, verwijderd. Dit weefsel wordt opgestuurd naar de patholoog, die het weefsel onder de microscoop onderzoekt.
Voor de operatie is met u besproken of u een prothese (= testisprothese) wilt. De prothese wordt dan geplaatst in de balzak.
Nadat de zaadbal is verwijderd, sluit de uroloog de wond. Deze huidhechtingen hoeven later niet te worden verwijderd, deze lossen vanzelf op.

Duur van de operatie

De operatie duurt ongeveer 30 tot 45 minuten.

Na de operatie

Het gebied rondom de wond (balzak en penis) kan na de operatie blauw worden. Dit verdwijnt vanzelf. Ook kan de balzak wat dikker worden. Dit verdwijnt weer in de weken na de operatie.

Naar huis

Meestal kunt u de avond van of de ochtend na de operatie weer naar huis.
Als het nodig is, krijgt u een recept mee voor pijnstillers.

Leefregels thuis

  • U kunt kort douchen vanaf de dag na de operatie. U mag pas in bad als de wond is genezen. De eerste 2 weken na de ingreep kunt u beter niet fietsen, sporten, zwemmen of zwaar tillen (meer dan 10 kilogram).
  • Draag de eerste weken een strakke onderbroek. Dit ondersteunt de wond en helpt tegen de pijn.
  • Zorg voor soepele ontlasting om persen zoveel mogelijk te voorkomen.
  • Na 2 weken is geslachtsgemeenschap weer toegestaan.
  • Doe het de eerste week na de ingreep rustig aan. Zelf voelt u het beste wat u wel en niet kunt.
  • Wanneer u weer kunt werken, hangt erg af van uw herstel.
  • Zware lichamelijke inspanning raden we u de eerste 2 weken af.
  • Sporten mag weer na 2 weken.

Risico’s en complicaties

De meest voorkomende complicaties zijn een bloeding of een infectie. Een infectie geeft een rode, pijnlijke zwelling van de wond. Daarbij kunt u koorts hebben (temperatuur hoger dan 38.5 °C).

Contact opnemen met het ziekenhuis:

Neem contact op met het ziekenhuis:
  • bij koorts hoger dan 38,5 ºC;
  • bij een flink gezwollen en of rode balzak;
  • bij veel pijn;
  • als de wondjes blijven bloeden.
Op werkdagen kunt u tussen 8.00 - 17.00 uur bellen met de polikliniek Urologie:
  • Alrijne Ziekenhuis Leiden: telefoonnummer 071 517 8244.
  • Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp: telefoonnummer 071 582 8060.
In de avond en tijdens het weekend kunt u contact opnemen met verpleegafdeling B2 – Urologie:
telefoonnummer 071 582 9019.

Verder verloop

Binnen een week na de operatie komt u terug op de polikliniek voor de uitslagen van het weefsel en de aanvullende onderzoeken.

Meer informatie

Bij zaadbalkanker onderscheidt men vier stadia:
Stadium I: de ziekte is beperkt gebleven tot de zaadbal; er zijn geen uitzaaiingen gevonden.
Stadium II: de ziekte is beperkt gebleven tot de zaadbal en er zijn uitzaaiingen in de lymfkliergebieden onder het middenrif.
Stadium III: de ziekte heeft zich uitgebreid; er zijn uitzaaiingen in de lymfkliergebieden boven het middenrif.
Stadium IV: de ziekte is uitgezaaid naar andere organen, zoals de longen en de lever.
De uroloog bepaalt het stadium op basis van de volgende gegevens:
  • het type kanker;
  • de plaats waar de tumor is ontstaan;
  • de plaats en de grootte van de uitzaaiingen;
  • de hoeveelheid en soort tumormarkers in het bloed.
Op basis hiervan wordt een behandelplan opgesteld en bepaald of er een vervolgbehandeling nodig is.
Deze kan bestaan uit:
  • waakzaam wachten;
  • bestraling;
  • chemotherapie;
  • lymfklieroperatie.
Bij stadium I blijft u onder controle bij de uroloog in Alrijne Ziekenhuis. Bij de andere stadia krijgt u vervolgafspraken in het LUMC. Eventuele aanvullende behandelingen zullen dan ook daar plaatsvinden.

Meer informatie over zaadbalkanker

www.zaadbalkanker.nl; deze site is van de patiëntenvereniging van en voor mannen met zaadbalkanker;
www.allesoverurologie.nl;
www.oncoline.nl; op deze website vindt u de landelijke richtlijnen voor de behandeling zaadbalkanker.

Tot slot

Deze folder is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw uroloog. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, of wilt u meer informatie, dan kunt u altijd contact opnemen met de polikliniek Urologie. Het kan handig zijn uw vragen van tevoren op te schrijven.

Denkt u eraan bij ieder bezoek aan het ziekenhuis een geldig legitimatiebewijs (paspoort, identiteitsbewijs, rijbewijs) en uw zorgverzekeringpas mee te nemen. Zijn uw gegevens (verzekering, huisarts, etc.) gewijzigd, meldt u dit dan bij de Patiëntenregistratie in de hal van het ziekenhuis. Wij stellen het op prijs als u zich tijdig meldt voor de afspraak.

Alrijne ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Het is mogelijk dat een gesprek, onderzoek of behandeling (gedeeltelijk) wordt gedaan door een uroloog in opleiding, een basisarts of een arts in opleiding.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Urologie.

De polikliniek Urologie Alrijne Ziekenhuis Leiden is op werkdagen tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via nummer 071 517 8244.

De polikliniek Urologie in Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is op werkdagen tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via nummer 071 582 8060.

De polikliniek Urologie in Alrijne Ziekenhuis Alphen aan den Rijn is op dagen dat wij spreekuur hebben tussen 08.30 en 12.30 uur en tussen 13.30 en 16.30 uur telefonisch te bereiken via 0172 467 060.

Buiten deze uren en dagen wordt u automatisch doorverbonden met de locatie Leiderdorp of met het antwoordapparaat, waarop wordt verteld hoe u de uroloog bij spoedgevallen kunt bereiken.

De verpleegafdeling Urologie van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is te bereiken via 071 582 9019.