Afdelingen & Specialismen

U krijgt een operatie om de plasbuis wijder te maken. De uroloog heeft u uitgelegd hoe deze operatie gaat en wat de risico’s en gevolgen zijn van deze operatie. Het is belangrijk dat u deze folder goed leest en de adviezen uit de folder goed volgt.


In het kort

  • Als de plasbuis te smal is, kan de uroloog de versmalling weghalen.

  • Zit de versmalling hoog in de plasbuis? Dan krijgt u een Sachse-operatie; de uroloog gebruikt een kijkinstrument bij de operatie.

  • Zit de versmalling laag in de plasbuis? Dan krijgt u een Otis-operatie. Dan is een kijkinstrument niet nodig.

  • U wordt (meestal) 1 - 2 dagen opgenomen in het ziekenhuis.

  • De operatie wordt meestal gedaan met een regionale verdoving: een ruggenprik.

  • De operatie duurt 15-30 minuten.

  • Na de operatie heeft u (tijdelijk) een katheter (= slangetje) in de blaas.

  • Problemen na de operatie? Lees deze folder of bel met de polikliniek Urologie.

Locatie

Deze operatie vindt plaats in Alrijne in Leiderdorp.

Waarom deze operatie?

De uroloog heeft u onderzocht. U heeft een vernauwing van de plasbuis (urethrastrictuur). Dat betekent dat de plasbuis smaller is geworden. Daardoor kunt u niet meer zo goed plassen.

Het smaller worden van de plasbuis kan verschillende oorzaken hebben:
  • u kunt met een smalle plasbuis geboren zijn;
  • de plasbuis kan beschadigd zijn bij bijvoorbeeld een ongeluk;
  • de plasbuis kan ontstoken zijn geweest;
  • de plasbuis kan beschadigd zijn na het inbrengen van een dun slangetje (katheter) door de plasbuis;
  • na een eerdere urologische ingreep via de plasbuis.
In de plasbuis kan littekenweefsel zijn ontstaan. Hierdoor is de plasbuis smaller geworden.
Deze versmalling kan worden weggehaald, zodat u weer normaal kunt plassen. De uroloog snijdt dan in het littekenweefsel. Hierdoor wordt het weer wijder.

Dit kan de uroloog op 2 manieren doen:
  1. Als de versmalling hoger in de plasbuis zit, vlakbij de prostaat, gebruikt de uroloog een kijkinstrument om het littekenweefsel in te snijden. We noemen dit een Sachse-operatie.
  2. Als de versmalling aan het begin of in het midden van de plasbuis zit, heeft de uroloog geen kijkinstrument nodig om de versmalling in te snijden. We noemen dit een Otis-operatie.
Een Sachse- of een Otis-operatie gebeurt meestal met een regionale verdoving (ruggenprik). U bent dan gewoon wakker, maar u voelt geen pijn.
Een algehele verdoving (narcose) is ook mogelijk.

Na de operatie is er geen wond te zien.

U wordt 1 tot 2 dagen in het ziekenhuis opgenomen. Hoe lang u moet blijven, hangt af van hoe het met u gaat.

Voorbereiding op de opname

  • Het Opnamebureau regelt de operatie.
  • U krijgt een brief mee om bloed te laten prikken.
  • Ook krijgt u een brief van de arts die de verdoving regelt (= anesthesioloog). Hierin staat hoe u de vragenlijst voor de operatie kunt invullen. Deze vragenlijst staat in patiëntenportaal MijnAlrijne.
Na het bloedprikken en na het invullen van de vragenlijst krijgt u een afspraak voor het spreekuur bij de anesthesioloog (= preoperatief spreekuur, POS).
De anesthesioloog heeft veel informatie van u nodig.
Hij/zij bespreekt met u:
  • welke soort verdoving u kunt krijgen;
  • wat de voor- en nadelen van deze verdoving zijn;
  • dat u niet mag eten en drinken voor de operatie (= nuchter blijven);
  • of u moet stoppen met uw medicijnen, zoals bloedverdunners;
  • of u pijn heeft na de operatie en wat daar tegen te doen is.
Ook krijgt u een afspraak voor het verpleegkundig spreekuur.
Bloedverdunners
Als u bloed verdunnende medicijnen gebruikt, moet u hiermee voor de operatie stoppen. De anesthesioloog overlegt hierover met de arts die u deze medicijnen heeft gegeven. U hoort dan wanneer u met de bloedverdunners moet stoppen. Bloed verdunnende medicijnen kunnen ervoor zorgen dat u meer bloedt tijdens de operatie.

Operatiedatum
U krijgt een brief met de operatiedatum. Eén werkdag voordat de operatie plaatsvindt, belt u het telefoonnummer dat in de brief staat. Dan hoort u hoe laat u in het ziekenhuis moet zijn en op welke afdeling.

Wat neemt u mee als u wordt opgenomen

  • uw geldig legitimatiebewijs (identiteitskaart, paspoort of rijbewijs);
  • uw geldige zorgpas van uw zorgverzekeraar;
  • de medicijnen die u gebruikt, ook homeopathische, in de originele verpakking en uw actuele medicatieoverzicht (dit kunt u opvragen bij uw apotheek);
  • dieetvoorschriften of voedingsvoorschriften (meld het ook als u in verband met uw geloof of levensovertuiging bepaalde voedingsmiddelen niet mag gebruiken);
  • nachtkleding;
  • ondergoed;
  • kamerjas of badjas en pantoffels;
  • toiletartikelen;
  • dagelijkse kleding (als u voor langere tijd wordt opgenomen);
  • als u lenzen draagt kunt u een bril meenemen voor het geval u uw lenzen tijdelijk niet kunt dragen.
Verder kan het prettig zijn om bij u te hebben:
  • boeken, tijdschriften;
  • mobiele telefoon en oplader;
  • puzzelboekjes, spelcomputer, mp3-speler of ander tijdverdrijf;
  • zo nodig een leesbril.

De operatie

Deze operatie vind plaats op de operatiekamer.
De anesthesioloog geeft u de verdoving. Meestal is dit een regionale verdoving (ruggenprik).
U ligt op de rug met uw benen in de beensteunen.
  • Bij een Sachse-operatie gebruikt de uroloog een kijkinstrument waardoor instrumenten kunnen worden ingebracht. Het kijkinstrument wordt ingebracht tot aan de versmalling in de plasbuis. Het kijkinstrument houdt de plasbuis open voor zover dat mogelijk is. Met een verschuifbaar mesje (urethrotoom) maakt de uroloog kleine sneetjes in de vernauwing. Zo wordt de plasbuis weer wijder. Om de plasbuis goed open te houden na de operatie, krijgt u tijdelijk een dun slangetje in de blaas (= blaaskatheter). Na de operatie plast u dus door de katheter.
  • Bij een Otis-operatie rekt de uroloog de plasbuis een beetje op. Daarna maakt zij/hij kleine sneetjes in de vernauwing. Zo wordt de plasbuis weer wijder.
Hoe lang duurt de operatie?
De operatie duurt 15 tot 30 minuten.

Na de operatie

Na de operatie vertelt de uroloog aan u of aan uw contactpersoon hoe de operatie is gegaan.
Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Als het goed gaat met u, gaat u terug naar de verpleegafdeling.

Na de operatie heeft u
  • een infuus in de arm, voor het toedienen van vocht;
  • een blaaskatheter.
Meestal wordt binnen een dag na de operatie de katheter verwijderd. Nadat u heeft geplast mag u naar huis.
Soms is het beter om de katheter langer te laten zitten. Dan gaat u met de katheter naar huis.

Het is belangrijk dat u thuis veel drinkt, ongeveer 1,5 tot 2 liter per dag.


Risico’s en complicaties

  • Bloeden: tijdens de eerste nachten kunt u bij een erectie een bloeding krijgen. Dit bloeden gaat vanzelf weer over. U kunt dan met een schone zakdoek de bloeding stevig dichtdrukken.
  • Littekenweefsel: door de operatie kan er nieuw littekenweefsel ontstaan. Uw plasbuis kan hierdoor opnieuw nauwer worden. Neem contact op met de polikliniek Urologie als u na de operatie weer minder goed kunt plassen.
  • Urineweginfectie (bijvoorbeeld blaasontsteking): u kunt hier ook een paar weken na de operatie nog last van krijgen.
  • (Zelf)katheterisatie: soms is het nodig dat u zelf de plasbuis leert openhouden door (uzelf) te katheteriseren (= (zelf)katheterisatie. Dit zal de uroloog met u bespreken.

Weer naar huis

Heeft u voor uw opname bloedverdunnende medicijnen gebruikt? Dan hoort u als u weer naar huis gaat wanneer u hiermee weer kunt starten.

Gaat u met de katheter naar huis? Dan vertellen wij u hoe u de katheter moet verzorgen. Ook vertellen wij u hoe lang de katheter blijft zitten en wanneer hij wordt verwijderd.

U krijgt een afspraak mee voor een controle op de polikliniek Urologie.
Dit is 6 weken na de opname. Ook krijgt u een plasstraalmeting (= flowmetrie). Voor meer informatie zie Alrijne folder Flowmetrie.

Adviezen voor thuis

Inspanning/lichamelijk werk/sport
  • Doe het de eerste 10 dagen rustig aan.
  • Til geen zware dingen (meer dan 10 kg).
  • Doe geen zware werkzaamheden.
  • In overleg met de uroloog kunt u weer gaan sporten.

Contact opnemen met het ziekenhuis

Neemt contact op met het ziekenhuis:
  • als u helemaal niet meer kunt plassen;
  • als u koorts heeft, boven de 38.5 C.
Op werkdagen kunt u tussen 08.30 - 12.00 uur en tussen 13.30 - 15.30 uur bellen met de polikliniek Urologie, telefoonnummer 071 582 8060.

In de avond en tijdens het weekend kunt u contact opnemen met verpleegafdeling B2 – Urologie:
telefoonnummer 071 582 9019.



Tot slot

Wat neemt u mee?
  • uw (geldige) identiteitsbewijs (paspoort, ID-kaart, rijbewijs);
  • uw medicatie-overzicht. Dat is een lijst met de medicijnen die u nu gebruikt. U haalt deze lijst bij uw apotheek.
Heeft u een andere zorgverzekering of een andere huisarts? Of bent u verhuisd? Geef dit dan door. Dat kan bij de registratiebalie in de hal van het ziekenhuis.
Zorgt u ervoor dat u op tijd bent voor uw afspraak? Kunt u onverwacht niet komen? Geeft u dit dan zo snel mogelijk aan ons door. Dan maken we een nieuwe afspraak met u.

Opleidingsziekenhuis
Alrijne ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Het is mogelijk dat een gesprek, onderzoek of behandeling (gedeeltelijk) wordt gedaan door een uroloog in opleiding, een basisarts of een arts in opleiding.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Urologie.

De polikliniek Urologie (alle locaties) is op werkdagen tussen 08.30 - 12.00 uur en tussen 13.30 - 15.30 uur te bereiken via telefoonnummer 071 582 8060.

Buiten deze uren en dagen wordt u automatisch doorverbonden met het antwoordapparaat. Dan hoort u hoe u de uroloog bij spoedgevallen kunt bereiken.

De verpleegafdeling Urologie van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is te bereiken via 071 582 9019.