U krijgt een huidtransplantatie. We noemen dit ook wel split skin graft (SSG).In deze folder staat informatie over deze operatie. Als de situatie voor u anders is dan in de folder staat, zal de plastisch chirurg dit met u bespreken.


In het kort:
  • De huid voor de transplantatie (= donorhuid) wordt meestal van het bovenbeen gehaald. Er ontstaat een schaafwond.

  • De operatie vindt plaats onder volledige verdoving (= narcose) of onder plaatselijke verdoving.

  • Na de operatie moet u 2 weken rustig aan doen.

  • 5-7 dagen na de operatie wordt het verband verwijderd van het stukje huid dat is geplaatst. Dit gebeurt op de polikliniek.

  • 2 weken na de operatie wordt het verband op de plaats van de donorhuid (= de schaafwond op het bovenbeen) verwijderd. Dit gebeurt op de polikliniek.

  • Problemen? Lees de informatie in deze folder en/of bel met de polikliniek Plastische chirurgie.

Wanneer wordt een huidtransplantatie gedaan?

Een huidtransplantatie wordt gedaan om een grote wond snel te laten genezen.
Er wordt een dun stukje huid van het lichaam gehaald. Dit stukje huid wordt in de wond vastgemaakt.

We doen een huidtransplantatie:
  • als de wondranden niet gehecht kunnen worden, of
  • als er niet genoeg huid is, of
  • als gezond worden van een open wond te lang duurt.
Deze operatie gebeurt altijd op de operatiekamer.
U krijgt volledige verdoving (= narcose). Of u krijgt plaatselijke verdoving met eventueel wat slaapmiddel (= roesje). Dit wordt voor de operatie met u afgesproken.

Voorbereiden op de operatie

Medicijnen
  • Gebruikt u medicijnen? Geef dit dan door aan uw arts.
  • Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u dit melden.
    • Wanneer u via de Trombosedienst bloedverdunners (marcoumar, fenprocoumon, acenocoumarol) heeft gekregen, stuurt de polikliniek Plastische Chirurgie een wijzigingsformulier naar de trombosedienst. U krijgt voor de operatie van de Trombosedienst instructies over het gebruik van uw medicijnen.
    • Aspirine, ascal, acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium, diclofenac, voltaren, ibuprofen, advil hoeven niet vooraf gestaakt te worden ondanks de licht bloedverdunnende werking.
    • De volgende middelen moeten tenminste 5 dagen voor de operatie worden gestaakt: persantin, dipyridamol, plavix, clopidogrel. Slikt u clopidogrel, dan krijgt u tijdelijk een andere bloedverdunner.
    • De volgende middelen (NOAC/DOAC) moeten voor de operatie zijn gestaakt: dabigatran, rivaroxaban, apixaban, edoxaban.
      N.B. De bovenstaande lijst kan onvolledig zijn door wisselende merknamen etc. Als u een ander bloedverdunnend medicijn gebruikt, of denkt te gebruiken, neemt u dan contact op met de polikliniek Plastische Chirurgie of met uw apotheek.
    De plastisch chirurg blijft te allen tijde verantwoordelijk voor het antistollingsbeleid rondom de operatie.
  • Bent u ergens overgevoelig voor? Bijvoorbeeld jodium en/of pleisters? Of bent u ergens allergisch voor? Meld het ons.
Roken
Stop met roken. Nicotine geeft meer kans op problemen bij de wondgenezing. Ons advies: stop enkele weken voor de operatie met roken. Houd dit vol tot minstens 6 weken na de operatie. Gebruik ook geen nicotinepleisters.

Preoperatief spreekuur (POS)
Krijgt u volledige verdoving? Dan heeft u voor de operatie nog een afspraak op het preoperatief spreekuur van de anesthesioloog. Dit is de arts die de verdoving geeft.
Op dit spreekuur krijgt u informatie over de verdoving en het nuchter zijn. Nuchter zijn wil zeggen dat u een aantal uren voor de operatie niets mag eten en drinken.
Heeft u vragen over de verdoving? Dan kunt u ze op dit spreekuur stellen.

De operatie

  • De huid voor de huidtransplantatie (= donorhuid) wordt meestal van het bovenbeen gehaald.
  • De arts schaaft een stukje van de bovenste laag van de huid. Hij/zij gebruikt hiervoor een dermatoom (zie de afbeelding).
  • Hierdoor ontstaat er een schaafwond. Dat noemen we de donorplaats. Deze wond zal binnen 2 weken vanzelf weer gezond zijn.
  • De schaafwond wordt afgedekt met verband. Dit verband blijft 2 weken zitten.
  • In de weggehaalde huid maakt de arts met een machine een aantal kleine gaatjes. Zo kan het wondvocht en bloed makkelijker weglopen. En zo kan de arts de huid uitrekken en een groter stuk wond bedekken.
  • De arts legt het stukje huid in de open wond en maakt het vast met kleine nietjes, of met hechtingen of lijm. Zo kan het stukje huid niet meer verschuiven.
  • Daarna krijgt u een verband. Dit verband beschermt de wond en geeft een beetje druk op de wond. Dit verband moet een week blijven zitten. Het wordt op de polikliniek verwijderd.
130

Na de operatie

Adviezen voor thuis
  • Doe tot uw controle-bezoek aan de poli rustig aan. Zo kan het stukje huid zo goed mogelijk in de wond groeien.
  • Het kan de eerste dagen lastig zijn om te liggen of te zitten. Dat hangt af van waar de wonden zijn.
  • Is het stukje huid op een been geplaatst? Gebruik het been dan de eerste 2 weken zo weinig mogelijk en houd het been zoveel mogelijk omhoog.
  • De arts bespreekt met u wat u wel en niet mag doen.
Verwijderen van het verband
  • Het verband op de plaats waar huid is weggehaald:Om ervoor de zorgen dat de schaafwond op het been goed geneest, MOET het verband 14 dagen blijven zitten. Daarna krijgt u een afspraak bij de doktersassistente. Zij verwijdert het verband. Is het verband de dag na de operatie doorgelekt? Belt u ons dan. Haal het verband niet zelf weg!
  • Het verband op de plaats waar het stukje huid is geplaatst:Dit verband blijft 5 tot 7 dagen zitten. Het wordt op de polikliniek verwijderd. Als dit verband is verwijderd, kunnen we zien of de nieuwe huid goed is vastgegroeid in de wond. De arts of doktersassistent bespreekt dan met u hoe de verdere behandeling gaat.
BELANGRIJK
  • Allebei de verbanden mogen niet nat worden. Let hierop als u zich wast.
  • Op het verband op het bovenbeen staat vaak een datum geschreven. Dit is de dag waarop het verband eraf mag. Het verband mag er NIET eerder af. Ook de huisarts mag het er niet af halen. Dit verband kan wat gaan stinken en lekken. Dit is normaal.
  • Het advies is om de eerste dagen na de operatie pijnstilling in te nemen: neem elke 6 uur 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Eventuele sterkere pijnstilling wordt met u besproken.
  • Het is heel belangrijk dat er geen spanning op de wond komt. De eerste weken moet u het rustig aan doen. Dit betekent niet sporten en geen zware huishoudelijke taken doen. U hoort tijdens de controle-afspraken wanneer dat weer kan.

Controle-afspraken na de operatie

Na de operatie krijgt u afspraken voor wondcontrole. Deze afspraken krijgt u op papier mee.
Let goed op: u kunt een afspraak hebben in het Alrijne Ziekenhuis Leiden, Leiderdorp of in Alphen aan den Rijn. Kijk dus goed waar u moet zijn.

Problemen na de operatie

Iedere operatie heeft risico’s. Er kunnen dus problemen ontstaan, zoals een wondontsteking of een nabloeding. Ook kan het zijn dat het lapje huid niet goed in de wond groeit. De plastisch chirurg bespreekt dan met u hoe de behandeling verder gaat.
Er zullen littekens ontstaan.

U moet bellen met het ziekenhuis als:
  • het verband op uw bovenbeen de eerste dag na de operatie doorbloedt.
  • De wond rood wordt, gaat zwellen of erg gaat lekken.
  • U koorts krijgt.
  • U erge pijn krijgt.

Tot slot

Wat neemt u mee?
  • uw (geldige) identiteitsbewijs (paspoort, ID-kaart, rijbewijs);
  • uw zorgverzekeringspas;
  • uw medicatie-overzicht. Dat is een lijst met de medicijnen die u nu gebruikt. U haalt deze lijst bij uw apotheek.
Heeft u een andere zorgverzekering of een andere huisarts? Of bent u verhuisd? Geef dit dan door. Dat kan bij de registratiebalie in de hal van het ziekenhuis.
Zorgt u ervoor dat u op tijd bent voor uw afspraak? Kunt u onverwacht niet komen? Geeft u dit dan zo snel mogelijk aan ons door. Dan maken we een nieuwe afspraak met u.

Vragen

  • Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Bel dan met de polikliniek Plastische Chirurgie.
    De medewerkers van de polikliniek kunnen veel vragen beantwoorden. Als het nodig is, leggen zij uw vraag voor aan de plastisch chirurg. U wordt dan teruggebeld.
    Mist u informatie in deze folder? Dan horen wij dat graag.
  • Heeft u vragen over declaraties van Alrijne Ziekenhuis, dan kunt u contact opnemen met de afdeling Facturatie, via 071 517 8180 (behandeling in Leiden) of 071 517 8181 (behandeling in Leiderdorp/Alphen aan den Rijn).

Bereikbaarheid polikliniek Plastische Chirurgie

De polikliniek Plastische Chirurgie is van maandag tot en met vrijdag van 8.30 - 12.00 uur en 13.30 - 15.30 uur te bereiken via telefoonnummer 071 582 8061 (alle locaties).

De polikliniek Plastische Chirurgie Leiden heeft routenummer 15
De polikliniek Plastische Chirurgie Leiderdorp heeft routenummer 141
De polikliniek Plastische Chirurgie locatie Alphen aan den Rijn heeft routenummer 38


De Spoedeisende Hulp (SEH) van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is bij een spoedeisende zorgvraag buiten kantoortijden telefonisch te bereiken via 071 582 8905.
Tijdens kantooruren staan de medewerkers van onze polikliniek u graag te woord.