Afdelingen & Specialismen

Een tijdje geleden heeft u een (verblijfs)katheter gekregen. Deze katheter kan nu verwijderd worden. De uroloog heeft dit met u besproken.Om te onderzoeken of u weer goed zelf kunt plassen, wordt u 1 dag opgenomen in het ziekenhuis. In deze folder staat meer informatie hierover.


In het kort

  • Gebruikt u medicijnen tegen blaaskrampen? Dan moet u 1 dag van tevoren hiermee stoppen.

  • Op de verpleegafdeling verwijdert de verpleegkundige de (verblijfs)katheter.

  • Daarna wordt gekeken of u weer zelf kunt plassen. De verpleegkundige controleert met een echo-apparaat hoeveel urine er in de blaas zit/achterblijft.

  • Is het plassen gelukt? Dan gaat u naar huis. De blaas en plasbuis kunnen nog wat pijn doen en er kan bloed in de urine zitten. Dit gaat vanzelf over.

  • Is het plassen niet gelukt? Dan krijgt u weer een katheter en een afspraak met de uroloog.


Wat is een mictie-observatie?

Bij een mictie-obervatie wordt de (verblijfs)katheter verwijderd.
Daarna wordt gekeken of u weer zelf kunt plassen (= de mictie) en of u de blaas ook leeg kunt plassen.

Locatie

Voor een mictie-observatie kunt u terecht bij alle ziekenhuizen van Alrijne.
  • In Leiden of Alphen aan den Rijn op de afdeling Dagopname.
  • In Leiderdorp op afdeling B20 (urologie) of C2E (kort verblijf).

Voorbereidingen

Medicijnen
Als u medicijnen tegen blaaskrampen gebruikt, dan moet u hier 1 dag voor de opname mee stoppen (Dridase, Emselex, Vesicare, Detrusitol, Toviaz, Betmiga, Kentera pleister).
Het kan zijn dat u antibiotica krijgt voordat de katheter wordt verwijderd. Dit bepaalt de uroloog. Antibiotica voorkomt dat u koorts of een blaasontsteking krijgt nadat de katheter is verwijderd.

Meenemen
Gebruikt u medicijnen en/of hulpmiddelen (zoals bijvoorbeeld insuline of een rollator)? Neemt u deze dan mee naar het ziekenhuis.

Wat gebeurt er tijdens de dagopname?

  • U wordt opgenomen op de afdeling die met u is afgesproken.
  • De verpleegkundige verwijdert de katheter.
  • Het is belangrijk dat u goed drinkt. Zo komt er weer urine in de blaas en krijgt u het gevoel dat u moet plassen.
    Het kan even duren tot er genoeg urine in de blaas zit. U kunt dus rustig afwachten tot u het gevoel heeft dat u moet plassen.
Als u langere tijd een katheter heeft gehad, kunnen de blaas en plasbuis gevoelig zijn. U kunt dan een branderig gevoel in de plasbuis hebben. U kunt ook wat (klontjes) bloed in de urine hebben. Dit is normaal. Nadat de katheter is verwijderd, kunt u nog een paar dagen last hebben van deze klachten. De klachten gaan vanzelf weer over.

Omdat de blaas er weer aan moet wennen dat er urine in zit, kan het zijn dat u per ongeluk wat urine verliest (incontinentie). Dit wordt meestal na een aantal dagen minder.
  • Heeft u het gevoel dat u moet plassen? Dan moet u op een po of in een urinaal (plasfles) plassen. Zo kan de verpleegkundige meten hoeveel u heeft geplast.
  • Als u heeft geplast, laat u dit weten aan de verpleegkundige. Hij/zij meet dan hoeveel urine er nog in de blaas zit. Dit doet de verpleegkundige met een bladderscan. Dit is een echoapparaat dat beelden maakt door middel van geluidsgolven. Dit onderzoek doet geen pijn.
  • Krijgt u niet het gevoel dat u moet plassen? Dan controleert de verpleegkundige regelmatig met de bladderscan hoeveel urine er in de blaas zit.
  • Het is belangrijk om tijdens de opname in beweging te blijven en niet de hele tijd op bed te liggen. Door te bewegen krijgt u sneller het gevoel dat u moet plassen. Het is wel de bedoeling dat u op de afdeling blijft.

Ontslag

Als u naar huis gaat, zijn er 2 mogelijkheden:
  • Het plassen is goed gelukt: u mag zonder katheter naar huis. U krijgt een (bel)afspraak bij de uroloog.
  • Het plassen is niet goed gelukt: heeft u niet kunnen plassen of blijft er te veel urine achter? Dan brengt de verpleegkundige een nieuwe katheter bij u in. De uroloog heeft al met u besproken hoe het verder gaat. Als het nodig is, kan de verpleegkundige dit nog een keer met u bespreken.

Tot slot

Wat neemt u mee?
  • uw (geldige) identiteitsbewijs (paspoort, ID-kaart, rijbewijs);
  • uw medicatie-overzicht. Dat is een lijst met de medicijnen die u nu gebruikt. U haalt deze lijst bij uw apotheek.
Heeft u een andere zorgverzekering of een andere huisarts? Of bent u verhuisd? Geef dit dan door. Dat kan bij de registratiebalie in de hal van het ziekenhuis.
Zorgt u ervoor dat u op tijd bent voor uw afspraak? Kunt u onverwacht niet komen? Geeft u dit dan zo snel mogelijk aan ons door. Dan maken we een nieuwe afspraak met u.

Opleidingsziekenhuis
Alrijne ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Het is mogelijk dat een gesprek, onderzoek of behandeling (gedeeltelijk) wordt gedaan door een uroloog in opleiding, een basisarts of een arts in opleiding.

Vragen

Heeft u nog vragen en/of opmerkingen naar aanleiding van deze folder, stelt u deze dan aan de baliemedewerker van de polikliniek Urologie.

De polikliniek Urologie (alle locaties) is op werkdagen tussen 08.30 - 12.00 uur en tussen 13.30 - 15.30 uur te bereiken via telefoonnummer 071 582 8060.

Buiten deze uren en dagen wordt u automatisch doorverbonden met het antwoordapparaat. Dan hoort u hoe u de uroloog bij spoedgevallen kunt bereiken.

De verpleegafdeling Urologie van Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp is te bereiken via 071 582 9019.