Afdelingen & Specialismen
U krijgt een angiografie. Dit is een röntgenonderzoek van de bloedvaten. Dit onderzoek wordt gedaan door een radioloog (gespecialiseerd arts) en 2 MBB'ers ( Medisch Beeldvormend en Bestralingsdeskundigen). In deze folder leest u hoe u zich op dit onderzoek voorbereidt.
In het kort
U wordt opgenomen op de verpleegafdeling.
Het onderzoek gebeurt in een speciale röntgenkamer: de angiokamer.
De radioloog verdooft de huid van de lies of de elleboogplooi met een prik.
Daarna schuift de radioloog een katheter (slangetje) in het bloedvat.
Tijdens het maken van de röntgenfoto’s spuit de radioloog contrastmiddel in. Zo is het bloedvat goed te zien.
Door het contrastmiddel kunt u het warm krijgen, last krijgen van uw maag of het gevoel hebben dat u moet plassen. Dit gaat snel over.
Bij een vernauwing of een afsluiting van een slagader kan de radioloog u soms meestal meteen behandelen.
Na de behandeling worden de wondjes gesloten.
U gaat terug naar de verpleegafdeling. U moet nog een aantal uren in bed blijven.
Wat is een angiografie?
Bloedvaten zijn niet te zien op een gewone röntgenfoto. Door contrastmiddel in te spuiten, zijn bloedvaten wel op een röntgenfoto te zien.Het inspuiten van het contrastmiddel gaat via een dun slangetje: een katheter. U krijgt de katheter in een bloedvat in de lies of de elleboogplooi.
Het contrastmiddel verspreidt zich via het bloed in de bloedvaten. Tegelijkertijd worden de röntgenfoto's gemaakt. Zo is te zien of er een vernauwing (stenose) of een verwijding (aneurysma) van de slagaders is.
Contrastmiddel
Bent u overgevoelig voor contrastmiddel met jodium? Meldt u dit dan voor het onderzoek bij de afdeling Radiologie. Lees ook de folder Het gebruik van jodiumhoudend contrastmiddel bij onderzoek of behandeling. Hierin staat belangrijke informatie over contrastmiddelen.Heeft u deze folder niet gekregen? Vraag hem dan aan uw behandelend arts of aan de medewerkers van de afdeling Radiologie of kijk hier.
Zwangerschap
Röntgenonderzoek kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Bent u zwanger of zou u zwanger kunnen zijn? Dan is het belangrijk dat u dit aan de baliemedewerker van de afdeling Radiologie vertelt.Voorbereiding
- U wordt op de dag van het onderzoek opgenomen op een van de verpleegafdelingen. Het kan ook zijn dat u al opgenomen bent.
- Vanaf 3 uur voor het onderzoek mag u niet meer eten en drinken. Dit is nodig om te voorkomen dat u misselijk wordt tijdens het onderzoek. De verpleegkundige vertelt u hier meer over.
- Zorg ervoor dat u vlak voor het onderzoek naar de wc gaat.
- U krijgt een operatiejasje en een wegwerp onderbroek aan.
- Op de behandelkamer krijgt u eventueel medicijnen om ervoor te zorgen dat u weinig last heeft van het onderzoek.
U gebruikt u uw medicijnen zoals u gewend bent. Tenzij uw arts iets anders met u heeft afgesproken.
U mag uw medicijnen met water innemen.
In de folder "Het gebruik van jodiumhoudend contrastmiddel bij onderzoek of behandeling" staat meer informatie over medicijngebruik en contrastmiddel. Heeft u deze folder niet gekregen, vraag hem dan aan uw behandelend arts of op de afdeling Radiologie of kijk hier.
Het onderzoek
- U wordt in een bed naar de angiokamer gebracht. Daar gaat u liggen op de onderzoekstafel.
- De huid op de plaats waar de katheter wordt ingebracht wordt goed schoon gemaakt. Als dat nodig is, scheren we de huid.
- Daarna krijgt u een steriel laken over u heen. De radioloog en de andere medewerkers dragen speciale kleding, net zoals in een operatiekamer.
- De radioloog verdooft de huid met een prik.
- Daarna brengt de radioloog de katheter in. Hij/zij schuift de katheter tot in het te onderzoeken bloedvat. Dit doet geen pijn.
- Tijdens het maken van de foto’s spuit de radioloog het contrastmiddel bij u in. Vaak is het nodig om een aantal keer contrastmiddel in te spuiten, om verschillende series foto’s te kunnen maken.
- Door het contrastmiddel kunt u het warm krijgen. En u kunt het gevoel krijgen dat u moet plassen of dat u plast. Dit gebeurt niet echt! Ook kunt u een vol gevoel in de maag krijgen en/of misselijk worden. Deze verschijnselen duren meestal 5 – 20 seconden en verdwijnen weer snel. De misselijkheid komt niet meer terug.
Eventuele problemen (= complicaties) na een angiografie
Heel soms ontstaat er een stolsel in het bloed of raakt een stukje van een slagaderverkalking los van de vaatwand. Dan kan het bloedvat verstopt raken.Hoe ernstig zo'n afsluiting is, hangt af van de kwaliteit van de bloedvaten en de plaats en grootte van het afgesloten bloedvat.
Extra behandeling: dotteren of het plaatsen van een stent
Is er op het angiogram een vernauwing of een afsluiting van een slagader te zien? Dan kan de radioloog dit meestal meteen behandelen. Behandeling is mogelijk door middel van dotteren of het plaatsen van een stent.Dotteren
Dotteren lijkt op een angiografie. Alleen wordt bij dotteren een speciale katheter ingebracht: een katheter met een ballonnetje.
- Deze katheter wordt opgeschoven tot in de vernauwing van het bloedvat.
- Door de ballon op te blazen, verdwijnt de vernauwing in het bloedvat: het bloedvat is weer open.
- De ballonkatheter wordt daarna weer verwijderd.
Bij het plaatsen van een stent wordt een katheter ingebracht waarop een stent is vastgemaakt. Een stent bestaat uit kleine metalen draadjes.
- De katheter met stent wordt opgeschoven tot in de vernauwing in het bloedvat.
- Door de stent open te vouwen (te ontplooien), verdwijnt de vernauwing van het bloedvat.
- Daarna wordt nog gedotterd (zie hierboven) om de stent goed tegen de wand van het bloedvat aan te drukken.
- De stent blijft in het bloedvat achter.
- De katheter wordt daarna verwijderd.
Problemen bij dotteren of het plaatsen van een stent
Door ophoping van vet en kalk kan de wand van een bloedvat dikker, stijver en nauwer worden. Dit heet slagaderverkalking.Door een dotterbehandeling en/of stentplaatsing kunnen ‘propjes’ vet en kalk losraken en naar beneden gaan, richting de voet. Zo kunnen de kleinere bloedvaten afsluiten.
Hoe ernstig zo’n afsluiting is, hangt af van de kwaliteit van de bloedvaten en de plaats en de grootte van het afgesloten bloedvat.
Door het opblazen van een ballonkatheter kan de vaatwand beschadigen. Als dat nodig is, moet de beschadiging worden behandeld.
Behandeling is meestal mogelijk door plaatsing van een dicht geweven stent. Een operatie is bij deze complicatie bijna nooit nodig.
Na het onderzoek of de behandeling
Door het aanprikken met de katheter ontstaat een klein wondje in de huid en in het bloedvat. Er zijn 2 manieren om het wondje in de lies te sluiten.- Bij de ene manier wordt de lies 10 minuten dichtgedrukt. Daarna krijgt u een drukverband.
- De andere manier is het plaatsen van een angioseal. Dit is een soort plugje dat het prikwondje afsluit.
Hoe lang duurt het onderzoek
Meestal duurt het onderzoek tussen de 30 - 90 minuten. Na het onderzoek gaat u terug naar de verpleegafdeling.Nazorg
Na het onderzoek moet u een aantal uren in bed blijven, soms tot de ochtend na het onderzoek.Hoe lang u in bed moet blijven, hangt af van de plaats waar is geprikt. En van de manier waarmee de wond gesloten is.
De verpleegkundige op de afdeling zal de prikwond regelmatig controleren.
Extra drinken
Na het onderzoek is goed om de rest van de dag meer te drinken dan u normaal doet. U plast de contrastvloeistof uit.Mogelijke bijverschijnselen
Bij deze onderzoeken zijn meestal geen problemen.- Soms kan er een bloeduitstorting komen op de plaats waar de katheter werd ingebracht.
- Door de hoeveelheid contrastmiddel die nodig is, kunt u kortademig worden.
- Heel soms is er een overgevoeligheids-reactie op het contrastmiddel. Als dat gebeurt, zal de radioloog u meteen behandelen.
Weer naar huis
Kunt u op de dag van het onderzoek/de behandeling weer naar huis? Dan mag u niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Zorgt u er dan voor dat iemand u komt ophalen. Als u de nacht na het onderzoek in het ziekenhuis moet blijven, kunt u wel zelf naar huis gaan.De uitslag
De radioloog beoordeelt de foto’s en stuurt een verslag hiervan naar uw behandelend arts. U krijgt de uitslag van uw behandelend arts.Tot slot
Wat neemt u mee?- uw (geldige) identiteitsbewijs (paspoort, ID-kaart, rijbewijs);
- uw medicatie-overzicht. Dat is een lijst met de medicijnen die u nu gebruikt. U haalt deze lijst bij uw apotheek.
Zorgt u ervoor dat u op tijd bent voor uw afspraak? Kunt u onverwacht niet komen? Geeft u dit dan zo snel mogelijk aan ons door. Dan maken we een nieuwe afspraak met u. Als u zich niet op tijd afmeldt, kunnen wij u een rekening sturen.
Vragen
Heeft u nog vragen over het onderzoek en/of de behandeling, stelt u deze aan de radioloog, de MBB’ers of de verpleegkundigen. Zij willen uw vragen graag beantwoorden.Bereikbaarheid
Telefoonnummer afdeling Radiologie (alle locaties): 071 582 8071.De afdeling Radiologie is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 12.30 uur en van 13.30 tot 16.30 uur.