Het doel is duidelijk: in 2026 moet 60% van het eten en drinken voor bezoekers en medewerkers plantaardig zijn. In 2030 stijgt dat naar 80%. Voor patiënten en cliënten gelden andere regels: zij hebben vaak minder eetlust, maar wel een hogere eiwitbehoefte om te kunnen herstellen. ‘Zieke mensen krijgen eiwitten makkelijker en sneller binnen via dierlijke producten,’ legt diëtist Eline Prins uit. ‘Daarom wordt de verhouding bij patiënten 50/50.’
Op dit moment is in de restaurants rond de 80% van ons aanbod dierlijk en rond de 20% plantaardig. Daar gaan we dus hard aan werken.
Persoonlijke motivatie
Eline werkt al vijf jaar bij Alrijne op klinische afdelingen, oncologie en revalidatie. Sinds dit jaar is ze ook betrokken bij de eiwittransitie. ‘Ik wilde al langer iets doen met duurzaamheid. Zelf eet ik geen vlees en koop ik zoveel mogelijk tweedehands. Dit past perfect bij mij!’
Samen werken aan verandering
Eline: ‘De eiwittransitie gebeurt niet in één keer. We zijn begonnen met het uitwerken van een visie. In het najaar verzamelen we ideeën van koks, diëtisten, artsen, verpleegkundigen, patiënten en cliënten. Natuurlijk worden ook voedingsassistenten en medewerkers in de restaurants nauw betrokken. Daarnaast kijken we met onze leverancier naar alternatieven.’
Voorbeelden uit de praktijk
Eline: ‘Champignonsoep kan volledig plantaardig worden door de room te vervangen. Een ei verdwijnt niet, maar staat minder vaak op het menu. Zo ontstaan smakelijke plantaardige alternatieven naast de vertrouwde gerechten.’ Bezoekers en medewerkers merken het verschil langzaam: een vlees- of kaassnack wordt soms vervangen door een groentesnack, kwark soms door plantaardige kwark. ‘Het belangrijkste is dat het lekker blijft. We testen dus alles op smaak,’ zegt Eline. ‘Dan wordt het vanzelf normaal om vaker plantaardig te kiezen.’
Op weg naar 2030
De eiwittransitie is een verplicht onderdeel van de Gouden Milieuthermometer Zorg, het keurmerk voor duurzame zorginstellingen. Voor de implementatie is onderzoek noodzakelijk. Daarom zetten we hierop in, onder andere met afstudeerstudenten die worden begeleid door twee diëtisten.
Eline: ‘Het belangrijkste is dat het lekker blijft. Als gerechten goed smaken, wordt het vanzelf normaal om vaker plantaardig te kiezen. Zo zetten we samen kleine, haalbare stappen richting een duurzamer én gezonder voedingsaanbod.’
Bij de keuze voor nieuwe producten kijken we niet alleen naar het eiwitgehalte, maar ook naar CO₂-uitstoot, verpakkingen en afvalbeperking.