Uw partner, familielid of goede bekende is opgenomen in ons ziekenhuis. Hier wordt hij (of zij) verzorgd door verpleegkundigen. Maar het kan fijn voor hem zijn als iemand die hij goed kent, bij hem blijft en de verpleegkundigen helpt. Dit noemen wij mantelzorgparticipatie.In deze folder kunt u lezen hoe u de verpleegkundigen kunt helpen.


Wat is

  • Mantelzorgparticipatie

    : iemand die de patiënt goed kent helpt bij de verzorging van de patiënt als hij/zij in het ziekenhuis ligt. Een voorbeeld van mantelzorgparticipatie is rooming-in.
  • Mantelzorger

    : degene die helpt. Dit kan de man/vrouw/partner van de patiënt zijn. Maar bijvoorbeeld ook een familielid of een vriend.
  • Naaste

    : uw partner, familielid of goede bekende die in het ziekenhuis ligt.
In deze folder schrijven we 'hij', maar dat kan natuurlijk ook 'zij' zijn.

Waarom mantelzorgparticipatie?

Een ziekenhuisopname kan best spannend zijn. Dan kan het fijn zijn als er iemand bij de patiënt is die hij goed kent. Dit kan ook helpen bij het opknappen. Ook geeft het veiligheid, vertrouwen en rust. Wij werken daarom graag met u samen om uw naaste goed te verzorgen, en om ervoor te zorgen dat hij zich fijn voelt tijdens de opname in het ziekenhuis.

Helpen en rooming-in

Als een patiënt (uw naaste) wordt opgenomen, dan kan de verpleegkundige aan u vragen of u vaker bij uw naaste wil zijn. Wat zijn de mogelijkheden?
  • U kunt overdag bij uw naaste zijn en/of blijven slapen. Als u blijft slapen, noemen wij dat rooming-in;
  • Het kan ook zijn dat u wilt meehelpen bij de verzorging van uw naaste, bijvoorbeeld:
    • samen eten,
    • eventueel bewegen op de afdeling (bijvoorbeeld stukjes lopen),
    • uw naaste wassen en aankleden.
  • De verpleegkundige vraagt welke hobby’s uw naaste heeft of naar welke muziek hij graag luistert. Dan kunnen de verpleegkundigen daar rekening mee houden.
  • Het is belangrijk dat uw naaste overdag wakker blijft. Dat kan als iemand bij hem is en hem bezighoudt. Zo is er meer kans dat hij ’s nachts goed slaapt.
Wilt u helpen bij de verzorging van uw naaste?
  • Overleg dan met de verpleegkundige van uw naaste hoe u kunt helpen.
  • Willen u en uw naaste rooming-in? Dan kunnen we overleggen of dit mogelijk is. Als er rooming-in wordt gedaan, dan kijkt de verpleegkundige elke dag of dit nog gewenst en nodig is. De verpleegkundige overlegt hierover met uw naaste en de eerste contactpersoon en/of mantelzorger.
Belangrijk:
  • Rooming-in kan en mag. Het moet niet!
  • Vertel aan de verpleegkundige van uw naaste wat u wel en niet kan of wil doen.
  • Merkt u dat u te moe wordt, zeg dat dan tegen de verpleegkundige van uw naaste.
Meehelpen of rooming-in, bij welke patiënten?
Dit wordt veel gedaan bij bijvoorbeeld:
  • patiënten met geheugenproblemen;
  • patiënten die geen of minder goed Nederlands spreken;
  • patiënten met heimwee;
  • patiënten die angstig zijn;
  • patiënten met een verstandelijke beperking;
  • patiënten die stervend zijn (= terminaal). Meer informatie kunt u lezen in de folder "Informatie en voorzieningen tijdens de waakperiode in het ziekenhuis”.
Patiënten die 70 jaar of ouder zijn, hebben tijdens hun opname in het ziekenhuis meer kans op complicaties. Bijvoorbeeld:
  • vallen,
  • ondervoeding,
  • lichamelijke problemen,
  • plotselinge verwardheid (delier).
Krijgen patiënten in het ziekenhuis complicaties? Dan kunnen ze als ze weer thuis zijn vaak minder dan voor hun ziekenhuisopname. Ze hebben ook meer zorg nodig.

Hoe kunt u helpen?
  • Als uw naaste ’s nachts onrustig is: Als u blijft slapen ziet uw naaste dat u er bent. Daardoor kan hij rustiger worden en beter slapen.
  • Als uw naaste overdag onrustig is: Als uw naaste overdag onrustig is, kan het helpen als u er wat vaker bent. Dus niet alleen tijdens de bezoekuren. Uw naaste kent u en is dan misschien wat rustiger. Dit is goed voor het herstel.
  • Weigeren om dingen te doen: Wil uw naaste bijvoorbeeld niet eten? Of wil hij niet geholpen worden door de verpleegkundige? Of weigert hij medicijnen in te nemen? Dan kunt u misschien hierbij helpen.
Afspraken bij meehelpen en rooming-in
  • Voor/na de bezoektijden mag er 1 mantelzorger per patiënt aanwezig zijn.
  • Is uw naaste erg ziek? Dan kan het zijn dat het niet goed voor hem is als er steeds iemand bij hem is. De verpleegkundige bespreekt dit dan met u. We hopen dat u dit begrijpt.
  • Soms mag de mantelzorger een paar verpleegkundige taken doen. Hiervoor is toestemming nodig van uw naaste (of diens vertegenwoordiger). De verpleegkundige bespreekt dit met u en vertelt u wat u mag doen. Ook leert ze u hoe u dit moet doen en oefent ze met u.
  • Er kan 1 mantelzorger in het ziekenhuis blijven slapen. U slaapt dan in dezelfde kamer als uw naaste en u krijgt een eigen bed. Soms heeft de afdeling een aparte logeerkamer. ’s Morgens rond 7.30 uur komt de verpleegkundige bij uw naaste langs om eventueel controles te doen (bijvoorbeeld bloeddruk en temperatuur meten) en medicijnen te geven. Ook overdag en ’s nachts komt de verpleegkundige regelmatig bij uw naaste langs.
  • U kunt gebruik maken van de douche/toilet in de kamer van uw naaste. U krijgt handdoeken via de verpleegkundige. Neem zelf nachtkleding en toiletartikelen (tandenborstel, tandpasta, douchefris etc.) mee.
  • Als u voor/na de bezoektijden bij uw naaste bent, krijgt u koffie en thee. Bent u er de hele dag en nacht, dan krijgt u op de afdeling eten. De maaltijd is gratis voor één mantelzorger. Wilt u mee-eten, dan kunt u dit doorgeven aan de verpleegkundige. Andere naasten kunnen iets eten in het restaurant op de begane grond (voor eigen rekening).
  • Bent u voor/na de bezoektijden aanwezig? Houd dan rekening met de rustmomenten en de nachtrust van uw naaste en de andere patiënten.
  • De verpleegkundige komt ook ’s nachts bij uw naaste langs, voor bijvoorbeeld controles. Houd er rekening mee dat u dan misschien wakker wordt.
  • Mantelzorgers zijn zelf verantwoordelijk voor wat ze doen. Ze zijn ook aansprakelijk als ze schade veroorzaken bij hun naaste. Medewerkers van Alrijne moeten toezicht houden en eventuele tekortkomingen in de mantelzorg voorkomen en zo nodig verhelpen. Afspraken die zijn gemaakt met de patiënt en de mantelzorgers, zetten we in het elektronisch patiëntendossier.

Na de opname in het ziekenhuis, weer naar huis

Als uw naaste weer naar huis gaat, kan het zijn dat er thuis al zorg geregeld was. Wij melden de patiënt altijd weer opnieuw aan. Zo weet de thuiszorg organisatie of het verpleeghuis dat de patiënt in het ziekenhuis heeft gelegen.

Was er nog geen thuiszorg of andere zorg geregeld? En is dit wel nodig omdat het thuis bijvoorbeeld niet goed meer gaat? Dan bespreken wij graag met u en uw naaste welke hulp er nodig is.

Wij sturen informatie over de ziekenhuisopname (= overdracht) naar de thuiszorg organisatie of het verpleeghuis. Zo weet men wat er is gebeurd en wat uw naaste nodig heeft. Deze overdracht sturen wij digitaal, en als brief. Bij kwetsbare ouderen (bijvoorbeeld ouderen met dementie) bellen we ook met de thuiszorg organisatie of het verpleeghuis. We vertellen ook aan de huisarts dat uw naaste opgenomen is geweest in het ziekenhuis.

Daarnaast moet u misschien ook zelf dingen regelen voor thuis. Bijvoorbeeld als uw naaste geen thuiszorg heeft of wil. Hoe gaat u thuis uw naaste verzorgen? Denk aan:
  • medische handelingen,
  • het verzorgen van de wond,
  • hulpmiddelen die nodig zijn,
  • leefregels of
  • medicijnen.
Vraag informatie aan de verpleegkundige of arts. U kunt ook hulp vragen bij organisaties voor mantelzorg ondersteuning of het WMO-loket van de gemeente.

Zorg goed voor uzelf
  • Zorgen voor uw naaste kan heftig zijn. Daarom is het belangrijk dat u goed voor uzelf zorgt en genoeg uitrust.
  • U hoeft niet de enige te zijn die voor uw naaste moet/kan zorgen. U kunt ook hulp vragen aan andere familieleden, vrienden of kennissen.
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Dan kunt u deze stellen aan de verpleegkundige van uw naaste.